Waarom veroorzaken we zwerfafval?

Zwerfafval is afval dat meestal bewust wordt achtergelaten in de openbare ruimte, in plaats dat het op de juiste manier wordt weggegooid, zoals in prullenbakken.
Het meeste zwerfafval ligt op parkeerplaatsen en langs de weg, bij stations en winkelcentra en bij haltes van het openbaar vervoer. Ook blijkt dat de grootste vervuilers jongeren, verkeersdeelnemers en vakantiegangers zijn. Ook mannen meer dan vrouwen. Het zwerfvuil wordt daarnaast meestal niet nabij de eigen woning weggegooid.
Mensen veroorzaken zwerfafval door verschillende gedragsmatige en psychologische factoren. Hier zijn enkele van de belangrijkste redenen:
Onwetendheid of gebrek aan bewustzijn:
Veel mensen zijn zich niet volledig bewust van de negatieve gevolgen van zwerfafval voor het milieu, de volksgezondheid en de economie. Dit komt vaak door een gebrek aan educatie over het onderwerp of omdat ze de lange termijn impact niet kunnen overzien.

Hoezo slecht voor de natuur?
Mensen realiseren zich vaak niet dat zelfs een klein stukje afval, zoals een snoeppapiertje of een sigarettenpeuk, schadelijke gevolgen kan hebben voor het milieu. Een klein item kan bijvoorbeeld al de bodem vervuilen, waterverontreiniging veroorzaken en de biodiversiteit aantasten.

Is het niet alleen slecht voor het milieu?
Veel mensen zijn zich niet bewust van de bredere impact van zwerfafval op de samenleving. Zwerfafval kan leiden tot hoge opruimkosten voor de gemeenschap, onveiligheid en verslechterde leefomstandigheden in woonwijken, waardedaling van koopwoningen en risico’s voor de volksgezondheid.

Wat maakt dat ene papiertje nou uit?
Het ‘één stuk maakt niet uit’-denken: Een veelvoorkomend misverstand is dat één stukje afval geen groot verschil maakt. Dit kan leiden tot onverschilligheid. Wat vaak wordt vergeten, is dat als velen dezelfde houding aannemen, de hoeveelheid zwerfafval snel oploopt. Kleine stukjes afval, zoals sigarettenpeuken en plastic flesjes, kunnen jaren blijven liggen en uiteindelijk veel meer schade veroorzaken dan op het eerste gezicht lijkt.
Luiheid of gemakzucht:
Soms kiezen mensen de “makkelijke” weg door afval achter te laten, vooral als er geen prullenbak in de buurt is of als ze het ‘lastiger’ vinden om afval mee te nemen.
Veel mensen kiezen in openbare ruimtes voor de makkelijke weg. Als er geen prullenbak dichtbij is, gooien sommigen hun afval op de grond als “snelle oplossing,” omdat dit voor hen weinig directe gevolgen heeft. Dit gedrag wordt vaak erger als mensen haast hebben of denken: “Nu even niet.” Ze willen geen tijd nemen om een prullenbak te zoeken of hun afval mee te nemen tot ze er een vinden.
Daarnaast is de kans om gepakt te worden bij het achterlaten van afval klein, waardoor mensen ook minder gemotiveerd zijn om hun afval op de juiste manier weg te gooien.

Gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel:
In openbare ruimtes voelen sommige mensen zich minder verantwoordelijk voor hun afval. Ze denken vaak dat “iemand anders” het wel opruimt. Dit wordt ook wel het “commons dilemma” genoemd. Dit dilemma laat zien dat mensen soms minder zorg dragen voor wat van “iedereen” is, dan voor wat van henzelf is.
Mensen zien openbare ruimtes vaak als van “iedereen en niemand” tegelijk, waardoor het besef van persoonlijke verantwoordelijkheid kan verwateren. Ze ervaren geen directe verantwoordelijkheid als ze hun afval achterlaten, omdat ze verwachten dat een andere persoon (bijvoorbeeld een gemeentewerker of vrijwilliger) dit uiteindelijk wel opruimt. Dit gedrag komt deels voort uit het idee dat het opruimen van publieke ruimtes een taak is die bij overheden of specifieke instanties hoort, niet bij hen als individu.
In een omgeving waar al afval ligt, kunnen mensen de gedachte krijgen dat het niet zo ernstig is als zij ook hun afval achterlaten; het lijkt immers al “normaal” om afval op de grond te laten. Dit zorgt ervoor dat individuele verantwoordelijkheid nog verder verschuift, omdat het lijkt alsof iedereen dit gedrag accepteert. Bovendien is de anonimiteit in openbare ruimtes groot, wat betekent dat individuen vaak geen directe sociale druk voelen om hun afval correct weg te gooien.

Gewoonte en groepsnormen:
Ook gewoonte speelt een rol in het zwerfafvalprobleem, omdat veel gedrag rond zwerfafval stevig verankerd is in dagelijkse routines en automatische handelingen. Denk bijvoorbeeld aan het weggooien van een sigarettenpeuk en deze vervolgens met de voet uitdrukken.
Mensen ontwikkelen vaak een routine om afval weg te gooien zonder er echt bij na te denken. Als iemand gewend is om bijvoorbeeld een snoeppapiertje zomaar weg te gooien, kan dit snel een automatische gewoonte worden, waarbij ze het afval al weggooien voordat ze er bewust bij stilstaan. Voor sommige mensen kan het achterlaten van afval een gewoonte zijn die moeilijk te doorbreken is. Als ze anderen zien die afval achterlaten, kan dit hen aanmoedigen om hetzelfde te doen.
Gewoontes zijn vaak sociaal bepaald. Als iemand zich in een groep bevindt waar het normaal is om afval te laten liggen, kan diegene zich makkelijker aanpassen aan het groepsgedrag. Groepsgewoontes kunnen hardnekkig zijn en soms onbewust andere mensen beïnvloeden om hetzelfde te doen.
Bij festivals, picknicks of strandbezoeken blijft vaak meer afval achter, vooral als de voorzieningen onvoldoende zijn of als bezoekers in een feestelijke sfeer minder letten op hun gedrag.
In stedelijke gebieden of buurten met veel tijdelijke bewoners, zoals studentenwijken of uitgaansgebieden, kan afval achterlaten soms minder sociaal bestraft worden.

Samenvattend:
Mensen veroorzaken zwerfafval om verschillende redenen. Een belangrijke factor is onwetendheid of gebrek aan bewustzijn; velen beseffen niet hoe schadelijk zwerfafval is voor het milieu en de leefomgeving. Daarnaast spelen luiheid en gemakzucht een rol, omdat mensen vaak de “makkelijke” weg kiezen door afval te gewoon weg te gooien, ook al is er een prullenbak in de buurt. Ook voelen sommigen een gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel in openbare ruimtes, met de gedachte dat iemand anders het wel opruimt. Gewoontes versterken dit gedrag, omdat veel afvalgedrag onbewust en routinematig gebeurt. Tot slot hebben groepsnormen invloed; als mensen zwerfafval zien, kan het de indruk geven dat afval achterlaten sociaal aanvaardbaar is.
